De Zettelkastenmethode

In de vorige blogpost is ingegaan op het leven van Niklas Luhman. De man achter de Zettelkastenmethode. In deze post ga ik in op de methode zelf.

Niklas Luhmann is o.a. bekend geworden om zijn unieke systeem van notities maken, genaamd “Zettelkasten” (letterlijk vertaald: kaartenbak). Maar hoe ging hij te werk bij het maken van notities?

Kaartenbakken en notities

Strikt genomen had Luhmann twee kaartenbakken: een bibliografische, die de referenties en korte aantekeningen over de inhoud van de literatuur bevatte, en de hoofdkaartenbak waarin hij zijn ideeën verzamelde en genereerde, voornamelijk als reactie op wat hij las. De aantekeningen werden op indexkaarten geschreven en in houten bakken bewaard.
Wanneer hij iets las, schreef hij de bibliografische informatie op de ene kant van een kaart en maakte hij korte aantekeningen over de inhoud op de andere kant. Deze aantekeningen kwamen in de bibliografische kaartenbak terecht.
In een tweede stap, kort daarna, keek hij naar zijn korte aantekeningen en dacht hij na over hun relevantie voor zijn eigen denken en schrijven. Vervolgens wendde hij zich tot de hoofdkaartenbak en schreef zijn ideeën, opmerkingen en gedachten op nieuwe kaarten, waarbij hij er voor elk idee maar één gebruikte en zichzelf beperkte tot één kant van de kaart, om het later gemakkelijker te maken ze te lezen zonder ze uit de bak te hoeven halen. Hij hield ze meestal kort genoeg om één idee op één kant van het kaartje te laten passen.

Soorten notities

Luhman werkte met 4 soorten notities. Dat waren “vluchtige” notities, literatuur- en referentienotities en permanente notities.

Vluchtige notities (Fleeting notes) zijn snelle, korte notities om ideeën vast te leggen die in je opkomen tijdens het lezen of gedurende de dag. Ze zijn tijdelijk van aard en hoeven niet gestructureerd of grammaticaal correct te zijn. Het belangrijkste is dat je ze snel en gemakkelijk kunt vastleggen, bijvoorbeeld in een notitieboekje of app.

Literatuurnotities zijn notities die je maakt tijdens het lezen van boeken, artikelen of andere bronnen. Ze bevatten niet alleen citaten of gemarkeerde passages, maar vooral je eigen gedachten en interpretaties over de inhoud. Luhmann benadrukte dat elke notitie zich moet richten op één specifiek idee.

Referentienotities zijn korte aantekeningen met bibliografische informatie en citaten, bedoeld om de bron te lokaliseren en te citeren.

Permanente notities zijn zorgvuldig uitgewerkte notities die worden toegevoegd aan het Zettelkasten-systeem. Ze worden geschreven alsof ze voor publicatie bedoeld zijn en bevatten een duidelijke, op zichzelf staande gedachte of idee. Deze notities worden strategisch geplaatst en gekoppeld aan andere notities in het systeem om nieuwe verbanden en inzichten te creëren.

Hij schreef zijn aantekeningen meestal met het oog op reeds bestaande aantekeningen in de kaartenbak. En hoewel de aantekeningen over de literatuur kort waren, schreef hij ze met grote zorg. En niet veel anders dan zijn stijl in het uiteindelijke artikel of boek. In volledige zinnen en met expliciete verwijzingen naar de literatuur waaruit hij zijn materiaal haalde. Meestal volgde een nieuwe aantekening direct op een andere aantekening en werd onderdeel van een langere reeks aantekeningen. Vervolgens voegde hij verwijzingen toe naar aantekeningen ergens anders in de kaartenbak, waarvan sommige zich in de buurt bevonden, andere in compleet andere gebieden en contexten.

Nummering

De truc is dat hij zijn notities niet op onderwerp organiseerde, maar op de nogal abstracte manier door ze vaste nummers te geven. De nummers hadden geen betekenis en waren er alleen om elke notitie permanent te identificeren. Wanneer een nieuwe notitie relevant was of direct verwees naar een reeds bestaande notitie, zoals een opmerking, correctie of toevoeging, voegde hij deze direct achter de vorige notitie toe. Had de bestaande notitie het nummer 22, dan zou de nieuwe notitie nummer 23 worden. Als 23 al bestond, noemde hij de nieuwe notitie 22a.

Door cijfers en letters af te wisselen, met wat schuine strepen en komma’s ertussen, kon hij het uitbreiden naar zoveel gedachtespinsels als hij wilde. Bijvoorbeeld, een notitie over causaliteit en systeemtheorie droeg het nummer 21/3d7a7 na een notitie met het nummer 21/3d7a6.
Wanneer hij een notitie toevoegde, controleerde hij zijn kaartenbak op andere relevante notities om mogelijke verbindingen tussen hen te maken. Een notitie direct achter een andere notitie toevoegen is slechts één manier om dit te doen. Een andere manier is door een link toe te voegen aan deze en/of de andere notitie, die overal in het systeem kan staan. Dit lijkt natuurlijk erg op de manier waarop we hyperlinks op het internet gebruiken. Maar ze zijn behoorlijk verschillend en het zou nogal misleidend zijn om de kaartenbak van Luhman te beschouwen als een persoonlijke Wikipedia. De overeenkomsten zijn er uiteraard, maar de subtiele verschillen zijn nu juist wat dit systeem uniek maakt.

Linking

Door deze links tussen notities toe te voegen, kon Luhmann dezelfde notitie aan verschillende contexten toevoegen. Terwijl andere systemen beginnen met een vooraf bedachte volgorde van onderwerpen, ontwikkelde Luhmann onderwerpen van onder naar boven. Vervolgens voegde hij een andere notitie toe in zijn kaartenbak, waarop hij een onderwerp zou sorteren door de links van de relevante andere notities te sorteren.
Het laatste element in zijn systeem was een index. Van hieruit kon hij verwijzen naar een of twee notities die zouden dienen als een soort toegangspunt tot een gedachtegang of onderwerp.

Conclusie

Dit systeem hielp Luhmann om complexe ideeën te ontwikkelen. Het hielp ook om verbanden te leggen tussen verschillende concepten, en een enorme hoeveelheid informatie efficiënt te beheren. Het Zettelkasten-systeem wordt nog steeds door velen gebruikt. Zowel in analoge als digitale vorm, als een goede methode voor persoonlijk kennismanagement.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.